Remembrance Weekend

Remembrance DSC05534

Afgelopen februari besloot ik om een Britse club een seizoen lang te volgen. Dat werd Hearts. Daar waren veel redenen voor: de redding door Ann Budge en de fans, het feit dat Hearts na decennia een divisie lager zou gaan spelen, het 140-jarig bestaan van de club, het stadion, de clubkleuren, de stad Edinburgh en later kwamen daar nog de vier derby’s bij, ook al had ik toen al de knoop doorgehakt. Maar de belangrijkste reden was het verhaal over het elftal van Hearts dat zich 100 jaar eerder vrijwillig opgaf voor de Eerste Wereldoorlog. Zeven spelers stierven en verschillende anderen raakten gewond. Het offer kostte de club de titel in 1915. In 2008 las ik het boek van Jack Alexander over McCrea’s Battallion (waar de spelers van Hearts bij werden ingedeeld) en sindsdien intrigreert dat verhaal mij. Op 1 juli was ik in Contalmaison en daar merkte ik al hoe bijzonder het was. Ondanks de Edinburgh derby’s en de wedstrijden tegen Rangers was het “Remembrance Weekend” vooraf hetgeen waar ik het meest naar uitkeek.

Ik ga graag naar voetbal kijken. Niet zozeer op tv, maar zelf in het stadion. Daardoor krijg ik de term ‘groundhopper’ opgeplakt. Zelf vind ik niet dat ik een groundhopper ben. Bij groundhoppers denk ik aan Duitsers die hele lijsten afwerken of vinckers die legio lege stadions bezoeken. Iedereen moet dat echt zelf uitmaken of hij dat leuk vindt, maar zelf doe ik dat eigenlijk nooit. Ondanks dat ik graag een stadion bezoek, gaat het mij veel meer om alles er omheen. Zelfs het voetbal is van secundair belang. Het gaat mij meer om ontmoetingen met mensen, de stad waarin de club speelt, rivaliteiten (ik ben wel een echte derbyvincker) en gekke dingen, zoals een hond met een sjaal, een raar figuur met een toeter, dronken mascottes en meer van dat soort onzin.

Dit weekend is eigenlijk een goed voorbeeld van hoe ik voetbal het liefst beleef. Ik bezocht Motherwell v Dundee United en Hearts v Raith Rovers. Voor de vierde keer Motherwell en voor de tiende keer Hearts. Er zijn mensen voor minder verbannen uit het enge “Vereinigung der Groundhopper Deutschlands”. Een stadion voor de tweede keer bezoeken is voor sommige groundhoppers namelijk al een doodzonde. Maar gelukkig ben ik daar geen lid van, zodat Dimitri en ik relaxt naar Motherwell konden gaan. Bij die club ken ik nogal wat volk en het is altijd mooi om daarheen te gaan. Leuke wedstrijd, goede sfeer en wat sterke verhalen uitwisselen. Het was even een paar minuten wennen aan het Glaswegian accent, dat veel verschilt van dat in Edinburgh, maar daarna was het weer als vanouds. We eindigden in een pub met weinig daglicht en mensen met een, uiteraard onterecht, stadionverbod. Het was een goede avond en start van een bijzonder weekend.

Zaterdag was dan dé wedstrijd van het seizoen voor mij. Een wedstrijd waar ik heel erg naar uitkeek. In principe niet eens naar de wedstrijd op zich, maar alles er omheen. Voor de minuut stilte speelde een doedelzakspeler “The Floo’ers o’ the Forest”. Dat is een stokoud lied dat gaat over de “Battle of Flodden” en het verdriet van de vrouwen en kinderen van Schotten die tijdens die strijd werden afgeslacht door de Engelsen. Het is een nummer dat traditioneel alleen wordt gespeeld bij begrafenissen of herdenkingen van oorlogen. Het wordt als erg ongepast gezien om dat op andere momenten te spelen. De minuut stilte die na “The Floo’ers o’ the Forest” volgde was mooi, maar toch maakte de eenzame doedelzakspeler nog meer indruk op mij. Op het moment dat hij begon te spelen werd het muisstil. Het was geen Nederlandse minuut stilte met aanstellers die expres gingen kuchen, mensen die giechelen, telefoons die afgingen, maar gewoon echt stilte. Je hoorde alleen de doedelzak door merg en been gaan, het tikken van de regen op het dak, een meeuw en snikkende mensen. Ik vond het zelf niet gepast om het te gaan filmen, maar ben toch blij dat iemand het wel heeft gedaan. Hier kun je het zien. Hopelijk komt het een beetje over hoe het was. Echt brok-in-de-keel-werk.

Tijdens “The Floo’ers o’ the Forest” stonden de spelers door elkaar. Dat was bewust gedaan. Hearts en Raith Rovers waren namelijk de clubs met de meeste spelers in McCrea’s Battallion. De club uit Kirkcaldy raakte zeven spelers kwijt die zich vrijwillig opgaven voor het bataljon. Drie van hen stierven op het slagveld. Om het nog specialer te maken: de overgrootvader van Liam Fox, die op het veld stond voor Raith Rovers, diende als vrijwilliger in McCrea’s Battallion. Voor hem moet het heel bijzonder zijn geweest om daar te staan. Beide clubs spelen dit seizoen ook in speciale shirts. Hearts heeft een sober thuisshirt zonder shirtsponsor en met het oude logo, terwijl Raith Rovers op het uitshirt geen shirtsponsor heeft staan, maar de tekst “Remember”. Nu is het probleem dat beide shirts donker zijn en dat mag eigenlijk niet. Gelukkig heeft de Schotse bond wel gevoel voor tradities en gaf Raith Rovers toestemming om in het donkere uitshirt te spelen. Het is niet voor niets dat Hearts v Raith Rovers uitgerekend tijdens het “Remembrance Weekend” werd gespeeld. Eigenlijk klopte echt alles.

De wedstrijd zelf was erg matig. Hearts won met 1-0, maar dat was eigenlijk van secundair belang. Na de wedstrijd had ik afgesproken met enkele fans van Raith Rovers, die ik een week eerder had ontmoet bij Linlithgow Rose v Raith Rovers. Na afloop van die wedstrijd was ik met ze in de pub beland en dat was een mooie avond geworden. Alweer een van die leuke dingen die je meemaakt als je wedstrijden bezoekt. Nu dronken we wat in een pub naast Haymarket Station. De Raith Rovers-fans vonden het ook een mooie, sobere herdenking. Heel erg ‘dignified’ met de doedelzakspeler en de minuut stilte. Ze spraken de vrees uit dat het bij Rangers weer eens erg ordinair zou zijn geweest en dat bleek ook. Veel militair gebeuren en er werd zelfs met een modern kanon geschoten. In het stadion! En dat op de dag dat je de gevallenen herdenkt. Onbegrijpelijk. Het leverde vernietigende kritieken en veel facepalmen op. De volgende dag besloten bij Aberdeen v Celtic een paar uitfans door de minuut stilte te gaan zingen. Gelukkig hebben ze er vier opgepakt. De Old Firm stond er dus weer lekker op dit weekend.

Remembrance Sunday is hier de belangrijkste dag voor herdenkingen. Eigenlijk nog meer dan op 11 november zelf. Dat gold ook hier in Edinburgh. ’s Ochtends was er een herdenking bij het Haymarket Memorial en daarna een lunch georganiseerd door de McCrea’s Battallion Trust. Het was een hele eer om bij die lunch te zijn, want dat is echt een heel kleinschalig gebeuren. De herdenking bij het Haymarket Memorial, waar ik misschien al wel honderd keer langs ben gekomen, was al vroeg in de ochtend. Terwijl Dimitri en ik richting Haymarket liepen, dat niet ver van mijn huis is, kwamen we spelers tegen. Die gingen even een broodje eten. Dat is wel apart van zelf in Gorgie wonen, ik zie hier veel mensen van de club buiten wedstrijddagen rondlopen.

Er kwamen 2000 mensen af op de herdenking bij Haymarket. Ook dit was weer heel goed georganiseerd. Sober, maar met goede sprekers. En niet te langdradig. Het Haymarket Memorial is een Hearts-monument, maar er waren ook vertegenwoordigers bij van Raith Rovers, Falkirk, Dunfermline en Hibernain, clubs die ook spelers hadden in McCrea’s. Ik zag veel bekenden bij de herdenking. Een van de vertegenwoordigers van de McCrea’s Battallion Trust had mij eigenlijk een van de Poppykransen bij het monument willen laten leggen, omdat ik mede vanwege deze herdenking Hearts volg, maar kon mij niet vinden. Eigenlijk vond ik dat niet zo heel erg. Het was natuurlijk een heel grote eer geweest, maar ik vind dat andere mensen daar meer recht op hadden.

De lunch was in de The Royal Scots Club. Dat is een vrij chique hotel in het centrum van Edinburgh. Ik zat daarmee wel een beetje in mijn maag, want ik heb geen chique kleren. Zo heb ik nog nooit van mijn leven een stropdas aangehad of een pantalon. Uiteindelijk lukte het om er, voor mijn doen, redelijk chique uit te zien. Het was een leuke middag met een afwisselend programma. Er sprak iemand over de Hearts-spelers in WO I,  er trad een barbershop kwartet op, twee cabaretiers (Tam Cowan vond ik erg goed, de andere had nogal oubollige grappen), er werden wat prijzen verloot (helaas niets gewonnen) en er was nog een veiling. Topstuk waren twee ingelijste en gesigneerde wedstrijdshirts van Hearts en Raith Rovers van de dag ervoo. Daar had ik mijn zinnen op gezet. Dat was over toen ik hoorde dat het openingsbod 500 pond was. Uiteindelijk ging het voor 1000 pond de deur uit. Daar had ik alleen overheen kunnen gaan als ik een nier zou verkopen.

Wat mij altijd opvalt met Schotten is dat eten niet zo belangrijk is. We kregen soep en een Sunday Roast. Het was zeker niet slecht, maar ik had wat anders in zo’n chique hotel. Er was zelfs geen toetje, wat Tam Cowan terecht aanhaalde in zijn toespraak. Maar waar eten voor Schotten geen prioriteit is, is drinken wel heel belangrijk voor ze. Dat werd ook volop gedaan. Ik ben eigenlijk helemaal geen grote drinker, maar had tegen het einde van de lunch al zo’n vier liter alcohol op. Daarna gingen we ook nog eens naar de Oxford Bar (een heel bekende pub in Edinburgh voor wie de boeken van Ian Rankin over Inspector Rebus heeft gelezen) om het af te sluiten. In die pub werd ik voorgesteld aan de clubhistoricus van Hearts die mij enkele interessante verhalen vertelde. Mijn favoriet is het verhaal over de kat Blackie die op de teamfoto (die net werd genomen toen de spelers van Hearts zich hadden aangemeld voor McCrea’s Batallion) staat, maar ook de verhalen over het shirt, een brief die namens de koning van België naar de club is gestuurd om ze te bedanken voor hun deelname aan WO I en over de kluis waar 2/3 van het Hearts-materiaal ligt opgeslagen waren erg boeiend.

Het mooie van dit soort avonden is dat ze altijd anders lopen dan je verwacht. Zo ontmoette ik ineens een Zweedse vincker die al een week lang wedstrijden aan het bezoeken was in Schotland en Engeland. Hij was net terug van Sunderland v Everton. Hij bleek zelfs al wel eens bij Willem II te zijn geweest. Helaas ging de Oxford Bar om 23:00 uur dicht, maar de dag was zo leuk dat ik het zonde vond om hem af te sluiten. Gelukkig was daar Pam. Die was mij al tijdens de lunch opgevallen omdat ze een jurk droeg met poppy’s. Zij wist nog wel een kroeg die tot drie uur open was. En zo liep ik rond middernacht met een Belg, een Zweed en een Schotse (het leek wel het begin van een slechte grap) door Edinburgh. Pam bleek mij al wel te volgen op Twitter en was een fanatieke Jambo die zelfs in mijn straat bleek te hebben gewoond. Rond een uur of twee ’s nachts kwam er een einde aan deze dag en daarmee ook aan het “Remembrance Weekend”.

Eigenlijk maakt het niets meer uit wat er nu nog gebeurt bij Hearts, al hoop ik wel dat ze de titel pakken. Het is sowieso al geslaagd. Ik kan, als ik zou willen, zelfs alleen over dit weekend een boek schrijven. Hearts is een bijzondere club en ik ben iedere dag weer blij dat ik voor hen heb gekozen als onderwerp voor mijn boek. Een boek over Manchester United zal veel beter verkopen, maar ik ga dit slechts een keer doen in mijn leven en dan moet het een club zijn die bij mij past. En ik begin steeds meer te merken dat Hearts dat wel is. Er klopt hier veel en daarnaast is het ontzettend prettig wonen in Edinburgh. Ik geloof niet in het lot, maar bij Hearts komt alles perfect samen. Ik voel mij hier ook echt thuis. Op zondag zei iemand tegen mij: “Although you are not a Hearts supporter, you are part of the Jambo Family” en zo voelt het ook.

Remembrance DSC05331

Remembrance DSC05496

Remembrance DSC05513

Remembrance DSC05542

Remembrance DSC05544

Remembrance DSC05559

Remembrance DSC05562

Remembrance DSC05575

Remembrance DSC05576

Remembrance DSC05577

Remembrance DSC05578

Remembrance DSC05583

 

0
Share

9 Comments

  1. OTRAS

    Hoi Joris,

    Erg mooi verslag van een indrukwekkend weekend. Ik lees je verhalen/belevenissen met erg veel plezier en denk dat je een heel goede keuze hebt gemaakt met Hearts. Respect voor de manier waarop je bezig bent. Veel plezier en succes nog, ik hoop met je mee dat Hearts het kampioenschap pakt en volgend jaar weer terug is op het hoogste niveau!

  2. Koen

    Heel mooi verhaal Joris.6 december gaan we naar Hearts tegen Queen of the south kijken,gaan we zeker ook Haymarket een bezoek brengen

  3. TANTANJA

    Vroeger schreef je al zo mooi, nu is het top. Van voetbal houdt ik helemaal niet, maar jouw verhalen blijven me boeien. Ik probeerde het stiltemoment en het doedelzak moment af te luisteren maar kreeg steeds een melding érror’en nog wat. Ik ben net zo technisch als jij, dus moest het daar bij laten. Ontroerend dat ze je als part of the Jambo family beschouwen. Weet je trouwens dat jambo HET LIED is in Kenia…. Je hebt jouw uitdaging gevonden, dat is wel duidelijk, go with the flow is op jou echt van toepassing. Cheers van tantanja. Is zwarte piet bij jullie ook zo’n discussiepunt??

  4. Jeanne

    Mooi geschreven Joris. Ik kon het filmpje wel zien op You Tube. Heel indrukwekkend. Ook mooie foto ‘s. Zeker van de klok. Ik herkende hem meteen. Fijn dat hij er weer is. Wel een heel ander leven voor jou dan in Oisterwijk bij de gemeente. Dat wordt afkicken als jouw gewone dagelijks leventje in Nederland weer gaat beginnen volgend jaar. Denk er nog maar niet teveel aan.

  5. Pablo

    Heel mooi geschreven en erg indrukwekkend allemaal.

    De boarding passes zijn geprint dus ongetwijfeld tot morgen!

Leave a Reply to Joris Cancel Reply